Een detail
Ik weet niet wat erachter steekt. Wat er aan ten grondslag ligt. Wat de gedachte was waar vandaan het gebouw zich ontplooien zou, zich vrij ontwikkelen ging in weerwil van ’s werelds wurgende omklemmingen. Elke keer weer is ze als een ontmoeting. Als een trap waarlangs ik omhoog kan gaan. Als een glijbaan de diepte in. Als een katapult die me lanceert richting de verborgenste krochten van mijn zijn.
— Iedere plaats ligt overal tegelijkertijd. Iedere kleur verliest zijn glans als transparantie het zwijgen wordt opgelegd. Als we ons niet meer bewust zijn van onszelf in relatie tot het totaal.